Dank je wel, merci!

Wanneer ik een cadeautje kreeg, een paar nieuwe schoenen, een kleedje of een complimentje, werd me als klein meisje geleerd om flink ‘dank je wel’ te zeggen. Alsjeblieft en dank je wel.

Nu, jaren later, voel ik de rijke kracht van ‘dank je wel’. Niet meer vanuit het flinke meisje, maar vanuit een diepe belichaamde levensdankbaarheid. Mijn handen samenbrengen bij mijn hart is het gebaar dat hieruit spontaan voortvloeit. Heel natuurlijk, los van gebed, geloof of flink zijn. Voor mij is het een verankerend symbool van pure dankbaarheid voor wat is en wat ik mag beleven in dit grote en verrassende levensspel. Een ‘dank je wel’ maakt de spelregels zoveel helderder. Zoveel schoonheid toont zich. Zoveel eenvoud ontluikt.

Deze ochtend zat ik in de woonkamer op een bordeauxrood kussen op de grond toen er een klein zwart spinnetje langs me heen trippelde. Ik verraste mezelf door me te voelen glimlachen naar deze spin in een gedachte van ‘fijn dat je hier ook bent, dank je wel om samen te zijn’.

Deze nacht werd ik wakker. Ik lag in bed zonder slaap. Ik verbond me met de stille koestering van het donker van de nacht en voelde me intens dankbaar. ‘Dank je wel, donkere nacht’, hoor ik me zeggen. Hierop viel ik zonder het te weten terug in een diepe slaap. Om acht uur werd ik zachtjes terug wakker gewiegd.

Kan je de uitnodiging voelen om je weerstand tegen wat zich soms aandient (zoals bijvoorbeeld een spin, wakker worden, ongemak,…) te laten smelten? Kan je datgene wat zich aan jou toont helemaal toelaten vanuit een diepe belichaamde dankbaarheid? Levenskunst?
Levenskunst!

Dankbare groet,

Marijke